Blauw-Huis-Vriend

Blauw, zo voel ik me. Ja, blauw, als in een blauwtje gelopen. Ik heb een blauwtje gelopen, mijn gezicht verloren. Ik heb een vriend verloren. Ik loop helemaal alleen door dit grote huis en ik voel me verloren. Ik ben alleen. Vandaag ben ik alleen en morgen van hetzelfde laken een broek. Ik weet niet waarom jij vertrokken bent. Ik sla mijn hoofd tegen de muur en het lijkt alsof ik mijn verstand verlies. Vertel het mij, waarom ben jij vertrokken? Als er iemand op deze godverlaten planeet mij wilt vertellen waarom jij gaat, dat ik tenminste kan bevatten en begrijpen waarom jij me verlaat.

Blauw als in hemelsblauw, zacht frêle blauw, het blauw dat de wereld in een diepe slaap wiegt. Ik wil omarmd worden door engelenarmen maar ik voel ze niet. Ik heb liefde nodig en affectie en een schouder om op uit te huilen want ik voel me zo verdomd alleen. Jij en ik, wij waren een tweespan, maar de paarden zijn ervan door en ik zit nog op de koets. Maar zonder paarden geraak je niet vooruit. Ik lijk wel een ezel om jou te laten gaan maar ik weet niet beter. Met tollende gedachten en een hoofd dat in een andere richting wijst is dat wat je krijgt.

Blauw, ik voel me donkerblauw, als in donkere, gitzwarte donderwolken, wachtende op een oorverdovende knal die de hemel doet ontploffen. Mijn hart lijkt te exploderen en met man en macht probeer ik de stukjes op zijn plaats te houden maar ik heb maar twee handen en hoe hard ik ook probeer… Tjonge, mijn hart doet gewoon zeer.